De laatste jaren heeft mijn nationale trots een behoorlijke deuk opgelopen. Nederland was een land waarin geen gerechtelijke dwaling voorkwam en iedereen, los van de dikte van de portemonnee, een beroep op een onafhankelijke rechter kon doen. Ook was (hoger en universitair)onderwijs voor iedereen toegankelijk. In mijn land leefden mensen bij wie het niet opkwam om agenten, brandweerlieden en ambulancepersoneel anders te behandelen dan met respect en waardering.
Toen ik opgroeide geloofde ik ook nog wat er in de krant stond, want journalisten beoefenden hun vak met grote zorgvuldigheid uit. Ze schreven onbevooroordeeld over feitelijke gebeurtenissen waarvan de bronnen nauwkeurig werden gecontroleerd op geloofwaardigheid. Nieuws werd nooit gemaakt maar alleen geschreven. Er was ook geen reden om te twijfelen aan de inhoud van advertenties van fabrikanten en handelaren. Ik meende te leven in een land waarin bankiers respectabele, gewetensvolle en betrouwbare mensen waren en waarin verzekeraars beloofden hun klanten bij schade snel uit te betalen; ja zelfs zeer snel. Van corrupte ambtenaren, politici en ondernemers had men toen ook nog nooit gehoord. Een pepernoot was toen nog gewoon een lekkernij die bij het sinterklaasfeest hoorde en niets met frauderende aannemers te maken had. Men had ook nog nooit van klokkenluiders gehoord; hooguit van die van de Notre Dame; een sympathieke persoonlijkheid.
Sociale media doorbreken illusie
Het hiervoor door mij beschreven Nederland heeft op veruit de meeste punten nooit bestaan, maar de illusie dat dit Nederland ooit wel heeft bestaan werd veroorzaakt door een gebrek aan informatie. De communicatiekanalen waren nog te beperkt en werden bovendien gedomineerd door enkele grote spelers. De opkomst van internet, met de daarop volgende ontwikkelingen en het gebruik van sociale media, heeft voor een communicatierevolutie gezorgd. Een revolutie die een nieuwe vorm van informatie-uitwisseling meebracht waaraan nog veel van de eerder genoemde groepen moeten wennen. Het is bij velen nog niet helemaal doorgedrongen dat de ‘oude’ manier van communiceren niet meer van deze tijd is en om aanpassing vraagt.
Bij gebrek aan een snelle en ongehinderde toegang tot informatie konden niet ethisch handelende ondernemers, politici en ambtenaren, buiten het zicht van de communicatieradar, vrij hun gang gaan. De overheid werd het sinds 1991 al iets lastiger om informatie geheim te houden; met dank aan de Wet Openbaarheid van Bestuur. Deze wet kent weer zoveel uitzonderingen dat er altijd ontsnappingsclausules te bedenken zijn om informatie onder de eigen hoed te houden. Sociale media hebben vanaf 2004 hierop ingespeeld met initiatieven als Wikileaks die vanaf 2007 openbaar maken wat men geheim had willen houden. Overheden, zoals de USA, reageren communicatief nog geheel volgens oude scenario’s; ontkennen en de klokkenluider vervolgen. Assange en Snowden zijn daarvan recente voorbeelden.
Ook in ons land tonen grote ondernemingen aan nog veel te vast te zitten aan verouderde communicatieprincipes. Zij realiseren zich niet dat de kleinste ongeloofwaardigheid direct wordt doorgeprikt, afgestraft en onder een wereldwijd vergrootglas komt te liggen. De Rabobank demonstreerde dat bijvoorbeeld tijdens de Libor-affaire en onze minister van Buitenlandse Zaken met zijn ’te-kleine-kamer’ verhaal. Beide partijen ware vergeten dat er in deze tijd zoveel informatie met zoveel mensen wordt gedeeld, dat het waarheidsgehalte snel te controleren valt en men zelfs visuele bewijzen aandraagt. In het geval van Rabo kwam het ‘wij wisten van niets’ totaal ongeloofwaardig over. Veel mensen binnen de bank waren op de hoogte van de fraude en het management had met weinig moeite dit kunnen ontdekken. Toen het slechte nieuws ‘onverwacht’ naar buiten kwam was men dus al te laat. De internetcommunicatie had hen met de snelheid van een Bugatti Veyron al lang ingehaald. Onze voormalige minister van Buitenlandse Zaken, Timmermans, was kennelijk vergeten dat hij in een tijd leeft waarin zelfs de belangrijkste politici selfies en andere foto’s maken om die via sociale media openbaar te maken. Inderdaad, sociale media verstoren de illusie dat bij ons alles zo goed loopt.
Filters aanbrengen
Internet en sociale media hebben de informatiestroom verveelvoudigd maar dat is nog geen garantie dat de complete communicatie wordt verbeterd. Integendeel zou ik willen zeggen. In principe hebben zo’n vier miljard mensen toegang tot de genoemde media en als ieder van hen eigen ‘nieuws’ brengt en we dit zouden willen volgen, dan komen wij per dag een paar miljoen uur te kort. Het is dus belangrijk om de ‘consumptie’ van informatie te beperken tot hapklare brokken. Dat kan door het aanbrengen van verschillende filters om te voorkomen dat er dagelijks een grote hoeveelheid nietszeggende verbale diarree over ons wordt uitgestort en epileptische aanvallen kunnen krijgen van de voorbijflitsende updates. Welke filters kun je zoal aanbrengen? Bijgaand een paar suggesties.
1. Tijd en geluid
Voor alles is een tijd en plaats. ‘Nieuws’ is per definitie altijd ‘oud’ en kies voor jezelf vaste tijden waarop je updates even controleert. Linkedin drie keer per dag bekijken is prima, maar kies daarvoor dan wel vaste tijden. Tweedeck is een mooi gereedschap om in de gaten te houden of iemand iets over je zegt. Het is dan niet nodig om de hele dag naar updates te staren. Als alle sociale media op je werk open staan, kan dat afleidend werken. Zeker als er voor elke nieuwe update een signaal afgaat. Zet deze audiomeldingen uit.
2. Filter op woorden/onderwerpen
Door te voorkomen dat je alles leest dat voorbijkomt, kan je bij veel media woordfilters aanbrengen. Gebruik je Facebook veel? Filter dan de updates met een app van Google Chrome.Daarmee kun je een lijst maken met woorden (onderwerpen) waarin je niet geïnteresseerd bent. Die worden dan uit de berichtenstroom gehaald; automatisch. Deze apps zijn ook beschikbaar voor andere sociale media. Kijk maar eens bij Chrome.
3. Nieuws vinden
Ben je geïnteresseerd in bepaalde onderwerpen en wil je zelf geen tijd besteden aan zoeken, maak dan gebruik van Google alerts. (Maak wel eerst even een Google-account aan als je daarvan gebruik wilt maken en realiseer je dat Google deze gegevens 30 jaar bewaart!) Geef bij Alerts de onderwerpen aan waarin je geïnteresseerd bent en je krijgt via mail de laatste nieuwtjes opgestuurd.
Je kunt dan zelf weer de tijd bepalen wanneer je de informatie wilt lezen.
4. Wees kritisch op volgers en wie jij volgt.
Ook al heb je bij de diverse sociale media aangegeven welke woorden je niet wilt lezen, dan toch kan het voorkomen dat er vervuiling op je tijdlijn terecht komt. Je kunt volgers blokkeren of ontvolgen. Niet aantallen tellen, maar de kwaliteit van de informatie van volgers en degenen die jij volgt. Schrijven is schrappen en dat principe is ook van toepassing op sociale media. Wees ook kritisch op de inhoud van berichten. Controleer de feiten als er in een bericht teveel onvolledigheden voorkomen. Controleer ook de broodjeaapverhalen. Het herhalen van onzin maakt iets nog geen waarheid. (Zoiets als: we gebruiken maar 10% van onze hersenen en open vragen leiden altijd tot open antwoorden.)
5. Zoek slim
In Nederland zoeken managers en werknemers gemiddeld 1 uur per dag via internet naar bruikbare informatie. Type je bijvoorbeeld het woord ‘netwerken’ in dan zie je dat er bijna 13 miljoen resultaten zijn gevonden en dat maakt het zoeken lastig. Maak daarom gebruik van de zoekinstellingen bij Chrome om zoekfilters aan te brengen. Dat is ook handig als je op zoek bent naar een foto voor je PowerPoint Presentatie. Voorbeeld: Stel je hebt een foto nodig van een industriële robot. Het moet een foto zijn met een hoge resolutie, breed beeld en je wilt ook weten dat de foto vrij is van copyrights. Breng de filters aan en je spaart zeeën van tijd en je bespaart jezelf een berg frustraties.
6. Zelfcensuur filter
Misschien heb je wel eens gehoord van ‘writers block’; een periode die (tekst)schrijvers doormaken als ze een keer voor langere of kortere tijd geen inspiratie kunnen vinden om wat op te schrijven. Dat overkomt de besten en dat kan jou ook overkomen. Mijn advies is om, op de momenten dat je wel inspiratie hebt, zoveel mogelijk content in hapklare brokken op te delen en die niet allemaal tegelijk en achter elkaar te plaatsen want dan gaat jet op spammen lijken; dat wil je voorkomen. Houd daarom wat informatie achter de hand om in te zetten als het met de inspiratie een keer niet wil lukken. Via Tweetdeck en Hootsuite kun je berichten, net als betalingen bij telebankieren, op een door jou bepaald moment laten verschijnen. Met een beetje zelfcensuur help je voorkomen dat jouw volgers en lezers niet overstelpt worden met onzinnige of niet echt relevante informatie.